Actueel — Invitatietoernooi: verslagen en updates
Daniël Fridman winnaar na playoff
De laatste ronde van het Heite toernooi zou, zo dachten wij argeloze toeschouwers, een formaliteit worden. Natuurlijk had Loek van Wely de eindzege ochtends in de vierde ronde al moeten veilig stellen, maar geen nood, allicht zou hij in de slotronde tegen Sipke Ernst alsnog orde op zaken stellen. Hij had wit en aan een half punt had hij genoeg. Er zijn zwaardere opgaven in een schakersleven.
Het liep anders. Het lukte Van Wely niet het benodigde halfje uit het vuur te slepen, zodat hij werd ingehaald door Ernst en even later ook nog eens door Daniël Fridman die in een uitstekende partij Luke McShane versloeg. Prompt kwam het toernooicomité in crisisberaad bijeen. Het was geen probleem dat de eerste drie prijzen gedeeld zouden worden, maar wie had nu recht op dat paard?
Het onderlinge resultaat bood geen oplossing, omdat de drie winnaars elkaar over en weer hadden verslagen. Ook het tellen van de winstpartijen hielp niet. Alle drie hadden ze tweemaal gewonnen en eenmaal verloren. Toen ook het verschil in de Sonneborn Berger score (een derde tiebreaknoodoplossing) verwaarloosbaar bleek, werd een wijs eindoordeel geveld: drie snelschaakpartijen om de eindzege, de eeuwige roem en het paard.
Op de zege van Fridman in die snelschaakbarrage viel niets af te dingen. Hij won overtuigend van Ernst en tegen Van Wely had hij het beste van het spel, voordat hij met een remisecombinatie de toernooiwinst forceerde. En zijn spel in het reguliere toernooi was ook lang niet slecht. Laten we niet vergeten dat hij zich in de eerste ronde in gewonnen stand liet flessen door Van Wely.
Fridman mag de winnaar zijn, het toernooi werd toch vooral verloren door Van Wely, die zich zelden zo de kaas van het brood heeft laten eten. Omdat over de gemiste winsten tegen McShane onderhand wel voldoende is gezegd, keren we nog even terug naar zijn partij uit de slotronde tegen Ernst. Een verstandige openingskeuze met koningsfianchetto en zonder verplichtende pionzetten gaf Van Wely na 20 zetten de volgende stelling:
Als wit hier rustig 21. Lb2 zou hebben gespeeld en zijn e-pion met rust had gelaten zou alles waarschijnlijk op zijn pootjes zijn terechtgekomen. Toen Van Wely besloot tot 21. e4? Dh3 22. f3 f5! 23. Lxg5 fxe4 24. De2 Pf5, was de nood aan de man.
Na lang denken koos Van Wely het kansloze kwaliteitsoffer 25. fxe4 Ld4+ 26. Txd4, wat geruisloos verloor. Hij had tegenstand kunnen bieden met 25. Dg2 Ld4+ 26. Kh1 Dxg2+ 27. Kxg2 e3 28. Td3! c6 29. Pc3, waarna het nog lang niet duidelijk is of zwart kan winnen.
Bekijk de video van de partij: YouTube: Daniël Fridman winnaar na playoff
Verslag: Gert Ligterink
Video: Lennart Ootes
Amusement zonder eeuwigheidswaarde
Fel betwist is het zuinigste dat je kunt zeggen van de vierde ronde van het Heite toernooi. De stukken vlogen er letterlijk van af in drie partijen die alle in blessuretijd onbeslist eindigden. Amusant was het zeker, al schudden ook de minder getalenteerde toeschouwers af en toe hun hoofd. Ze zagen fouten die ze maar al te goed herkenden uit hun eigen praktijk.
Alleen Matthew Sadler en Daniel Fridman wisten zonder ernstige misgrepen hun schip de remisehaven in te loodsen. Wit besteedde het eerste deel van de partij aan het onderscheppen, blokkeren en veroveren van een zwarte vrijpion. Toen dat karwei naar behoren was geklaard, stond hij een pion voor, maar bleek de resterende stelling niet te winnen. Operatie geslaagd, patiënt niet overleden, rendement nul.
Deze partij was een oase van rust en correctheid vergeleken bij de gebeurtenissen op het bord van Sipke Ernst en Ivan Sokolov. Over de opening kunnen we kort zijn, die verliep desastreus voor de witspeler. Na twintig zetten stond hij slecht, had hij een pion minder en leek een geruisloze nederlaag onafwendbaar. In zijn nood greep Ernst naar de trukendoos en zowaar, Sokolov trapte als een kind in de eerste kleine valstrik.
Zonder lang aandacht aan de stelling te besteden speelde zwart hier het afschuwelijke 25 … h6??, waarna wit met 26. Dxd8 (geen uitroepteken) 26 … Dxd8 27. Lxe6 een kwaliteit won en een pion heroverde. ‘Het is misdadig wat ik heb gedaan’, zei Sokolov na afloop. ‘Ik dacht dat alles won.’ Tienduizenden teleurgestelde schakers hebben in het verleden diezelfde woorden gebruikt.
Hoe goed zwart had gestaan bleek uit het vervolg van de partij. Wit wist niets met zijn materiële voorsprong aan te vangen, terwijl zwart onbevangen een pionnenkolonne op de damevleugel in beweging bracht. Die strategie bleek voldoende voor een betrekkelijk comfortabele remise in een eindspel met ongelijke lopers.
Nog meer spektakel bood de partij McShane – Van Wely, waarin zwart streed voor de eindzege in het toernooi en wit gebrand was op eerherstel na twee nederlagen. De opening verliep gunstig voor wit, te gunstig misschien, want na 21 zetten kon hij kiezen uit twee varianten die er allebei veelbelovend uitzagen:
Kansrijk, om niet te zeggen vrijwel winnend in deze stand is 22. Pg3 (dreigt 23. Ph5) 22 … g5 (22 … g6 23. Dd4) 23. Ph5 Txf4 24. Pxf4 gxf4 25. Dxf4 met een geweldige aanval voor wit. De toren op a1 zal zich spoedig met beslissend effect in de strijd mengen.
McShane koos na een lange denkpauze voor 22. c3 Pa6 23. b4, wat er natuurlijk ook niet slecht uitziet. Als McShane na het vervolg 23 … Dc4 24. Pg3 Pc7 was verder gegaan met het voor de hand liggende 25. Tad1 zou zwart het zwaar hebben gehad. Maar om duistere redenen besloot hij alsnog een kleine kwaliteit te offeren onder heel wat minder gunstige omstandigheden dan bij de 22ste zet. Na 25. Ph5 Dxe4 26. Pxf6+ gxf6 27. Dg3+ Dg6 28. Lxd6 Dxg3 29. Lxg3 Tb7 was een eindspel ontstaan waarin zwart buiten gevaar was.
In wederzijdse tijdnood liepen de zaken volledig uit de hand. Eerst miste zwart een winst met 38 … Ld7, waar 38 … Ta1+ 39. Kf2 Lc4 wit voor onoplosbare problemen zou hebben geplaatst. Toen wit daarna misgreep met 41. Ke1? (41. Kf3 maakt misschien remise), leek het pleit beslecht. Wist koning zat in een matnet en er waren vele manieren om dat net definitief dicht te knopen.
Helaas zag Van Wely in vliegende tijdnood de paarden in zijn thee zwemmen, zoals Tartakover eens opmerkte. Alle schaakjes leken op elkaar en het lukte hem niet een van de tientallen methodes te vinden om de partij te beëindigen. Bij de 51ste zet stemde hij, in nog steeds huizenhoog gewonnen stand toe in remise door eeuwig schaak. “Ik wil mijn geld terug”, zei een toeschouwer in de commentaarzaal.
Nederland – Engeland 2-0
Er is een tijd geweest waarin de rivaliteit tussen de Nederlandse en de Engelse schakers buitengewoon groot was. Ging het op een Olympiade slecht met de Nederlandse ploeg, dan viel daarmee te leven als de onderlinge wedstrijd tegen het perfide Albion maar werd gewonnen. Nog altijd geldt de 4-0 nederlaag tegen Engeland in 1982 in Luzern als het absolute dieptepunt in de Nederlandse olympiadegeschiedenis.
Het Heite toernooi is geen teamwedstrijd en de 0-2 nederlaag van Sadler en McShane tegen de Nederlandse tandem Van Wely/Ernst mag beslist niet gezien worden als een kleine herstelbetaling voor het leed van Luzern. Maar een opmerkelijk resultaat is het wel. Zo vaak gebeurt het niet dat twee van Engelands sterkste schakers in dezelfde ronde verliezen van twee Nederlandse grootmeesters.
Van Wely zette een forse stap op weg naar een tweede toernooizege in Wolvega (en een tweede paard) door Sadler te verslaan in een uitstekende partij. Hij kreeg wat hulp van zijn tegenstander, die zich lelijk vergiste met 29 … Le8, waardoor een inferieure stand op slag vrijwel hopeloos werd. Het enige vlekje op Loeks prestatie was de gemiste onmiddellijke winst in de volgende stelling:
Wit speelde hier 28. Da6, wat na 28 … Ta7 29. Dd3 Txa4 30. Pf3 h6 31. Dc3 Taa8 32. De5 ruim voldoende was om te winnen. Toch zou het aardig zijn geweest als hij in de diagramstelling de mokerslag 28. Pc4!! (28 … Pxc4 29. Dxc7 Txc7 30. Txb8+ of 28 … dxc4 29. Lxb7) had gevonden. Ongetwijfeld zou Sadler onmiddellijk hebben opgegeven.
Zo mogelijk nog meer tevreden dan Van Wely was Sipke Ernst, die in een vermakelijke aanvalspartij de koning van Luke McShane in een matnet ving. In de commentaarzaal maakte Ernst eerst een rondedansje, gevolgd door een paar pirouettes voor hij met gepaste trots en groot plezier de zetten van de partij aan het publiek toonde.
Zeer in aanmerking komt 20 … d4 (21. e4 Te7 of 21. Pc5 Te8) maar ook de door zwart gekozen zet komt zeer in aanmerking: 20 … Te8 21. Txc6 Tce7 22. Txf6 d4! Dat was de bedoeling. Als de toren op f6 wijkt, volgt 22 … dxe3, waarna wits koning in groot gevaar is. 23. Tf4 dxe3
24. Dd3? Valt het wit kwalijk te nemen dat hij minder goed verdedigt dan een computer? Houdini geeft zonder blikken of blozen aan dat het remise zal worden na 24. h4 Dd5 25. fxe3 Txe3+ 26. Kf2 h5. Na wits laatste zet is het afgelopen. 24 … exf2+ 25. Kxf2 Te1! 26. Te4 T8xe4 27. fxe4 Dh4+ 28. Kg2 Dg5+ 29. Dg3 Dd2+ 30. Kh3 Dd7+ 31. Kg2 Te2+ — ‘Valt het u ook op dat de zwarte stukken voorbeeldig samenwerken?’, zei Ernst in de commentaarzaal. 32. Kf3 Dd3+ 33. Kg4 Dxe4+ 34. Kh5 Df5+ — wit gaf op; het is mat in drie.
In de schaduw van Nederland – Engeland eindigde de partij Fridman – Sokolov tot verdriet van de zwartspeler zonder veel spanningen in remise. Soms werkt de stelling of de tegenstander niet mee om groots en meeslepend te kunnen schaken.
Verslag: Gert Ligterink
De tol van het te laat komen
De meeste schakers hebben een broertje dood aan vroeg opstaan. Zo vindt Vladimir Kramnik de ochtend de ideale tijd om te slapen. De vroege middag is volgens hem geschikt om wakker te worden, vier uur is een ideale aanvangstijd van een toernooipartij, waarna er ’s avonds en ’s nachts nog volop gelegenheid is voor een rustige maaltijd en de voorbereiding op de volgende tegenstander.
Toen ’s ochtends om tien uur bij het begin van de tweede ronde van het Remco Heite toernooi de stoel van Sipke Ernst leeg bleef, dachten de toeschouwers dat het vroege aanvangsuur de grootmeester te machtig was geweest. Ze hadden ongelijk. Ernst heeft een heel ander dagritme dan Kramnik en is gewend ’s ochtends om half acht naast zijn bed te staan.
Maar waar Ernst niet aan gewend is, zijn de openbaar vervoer-verbindingen tussen Wolvega en zijn woonplaats Groningen. Onderweg ging zo veel mis dat hij hijgend en puffend ruim 25 minuten te laat arriveerde. De toernooiorganisatie zag het met lede ogen aan en gaf de laatkomer prompt opdracht de komende nacht in het spelershotel in Oldeberkoop te logeren.
De straf voor het te laat komen was zwaar. Over het verloop van de opening in zijn partij met Fridman had Ernst niets te klagen. Hij kreeg mooi spel en toen de Duitse kampioen zich bij de 19de zet niet accuraat verdedigde, kreeg hij een eigenlijk niet te missen kans:
In deze stand speelde Ernst de vlees-nog-vis-zet 20. h3, die zwart de gelegenheid gaf de meubelen te redden met 20 … Te7!. Na de partij kon Ernst niet goed verklaren waarom hij had afgezien van het in alle varianten winnende 20. Pe4!. Na 20 … Lf5 wikkelt wit dan af naar een gewonnen eindspel met 21. Lxf6 Lxe4 22. Lxd8 Lxc2 23. Lxc7 Lxc7 24. Td2 Ld3 25. Lf1 en na 20 … g5 wint in de aanval met 21. Pfxg5 hxg5 22. Lxg5 Lf5 23. Lxf6 Lxe4 24. Txe4 Dxf6 25. Tg4+ Kh8 26. Th4+, waarna zwart de dame moet geven.
Een paar zetten later volgde opnieuw een kritiek moment.
In een vlaag van misplaatst optimisme speelde wit hier 25. Pe5? gxf2+ 26. Kxf2 Lxe5 27. Txe5 Ph7!, waarna alles voorbij was. Op het door Ernst geplande 28. Le4 volgt immers 28 … Df6+ met schaak.
Wit had in de diagramstelling het vege lijf kunnen redden met de diepzinnige computerzet 25. Te5!. Na 25 … gxf2+ 26. Kf1 Lxe5 27. Dg5+ Kh8 28. Pxe5 kan zwart niet goed ontsnappen aan eeuwig schaak. Na bijvoorbeeld 28 … Pbd7 29. Dh4+ gaat 29 … Ph7 niet wegens 30. Pxf7+ en wit wint.
Lang voordat deze ingewikkelde partij zijn hoogtepunt bereikte, hadden Ivan Sokolov en Loek van Wely al afscheid genomen van de toernooizaal. Het is niet waarschijnlijk dat zij ooit eerder zo’n kalme, spanningsloze remise tegen elkaar hebben gespeeld. ‘Ik wist niet dat jij zo’n solide zwartspeler bent geworden’, zei iemand tegen Van Wely. ‘Klopt’, was het antwoord. ‘Op mijn ouwe dag heb ik een hekel aan verliezen gekregen.’
Voor het begin van het toernooi vroegen Matthew Sadler en Luke McShane zich af wanneer zij eigenlijk voor het laatst tegen elkaar hadden gespeeld. Na enig gesteggel werden ze het erover eens dat dat begin 1999 moest zijn geweest in een Engelse clubwedstrijd en dat Sadler toen had gewonnen.
Bijna veertien jaar later won Sadler opnieuw van de man die op dit moment de hoogste ratinghouder van Engeland is. McShane kon niet uitleggen wat mis was gegaan. ‘Na een woest begin was ik heel tevreden met mijn stelling toen ik 19 … d5 speelde. Maar na 20. e5! kon ik geen antwoord vinden. Ik zal er nog eens goed naar moeten kijken.’
Verslag: Gert Ligterink
Witte dag
Het leek de dag van de zwartspelers te worden, maar in tijdnood veranderde alles. Ivan Sokolov en Daniel Fridman gingen in veelbelovende stellingen in de fout, Luke McShane en Loek van Wely profiteerden handig en sleepten een waardevol puntje binnen.
De partijen zijn met analyse ook onderaan de pagina na te spelen.
We beginnen rustig. Het op zich niet zo opzienbarende partijtje Sadler–Ernst was wel een aardig voorbeeld van het moderne schaak: dynamiek tegenover structuur. Ernst liet met zwart een pionverzwakking op e6 toe, maar door actief spel gaf hij Sadler geen enkele kans om daar zaken mee te gaan doen. “Ik heb het niet zo goed gespeeld”, bromde de Engelse Nederlander. “Mijn stukken kwamen ongelukkig te staan en daarna lukte het niet meer.” Ernst constateerde met enige voldoening: “Wit verwacht hier fijn van zijn stelling te kunnen genieten, maar vijf zetten later was het al voorbij.” Een keurige remise voor de Friese debutant met zwart, die vertrouwen moet geven voor wat nog komen gaat.
Sadler – Ernst: 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lb5 a6 4.La4 Pf6 5.0–0 Pxe4 6.d4 b5 7.Lb3 d5 8.dxe5 Le6 9.Le3 Le7 10.c3 Dd7 11.Pbd2 0–0 12.Te1
Volgens Gert Ligterink was 12…Lg4!? een volbloed nieuwtje, Ernst dacht dat het wel vaker was gespeeld. Verdere zetten: 13.Pxe4 dxe4 14.Dxd7 Lxd7 15.e6 – Sadler speelt op structuur. Daarna 15…Lxe6 16.Lxe6 fxe6 17.Pd2 Pe5! en zwart plant een paard op d3.
De twee remisanten vonden de stelling bij McShane–Sokolov interessanter en begonnen die nu te analyseren. Na een behoorlijk bizarre zettenserie in een aanvankelijk toch zo klassieke Schotse partij stond zwart mooi gecentraliseerd en moest wit de boel bij elkaar zien te houden.
McShane – Sokolov: na een reeks zetten kwam het tot spannend taktisch en positioneel gedoe, met uiteindelijk winst voor McShane in een lange strijd. (Meerdere specifieke zetreeksen en kenmerkende momenten werden geannoteerd in de originele verslaggeving.)
Van Wely – Fridman: een strijd met pionnenopmarsen op de koningsvleugel en scherpe beslissingen, waarbij Fridman met slimme offers en taktische precisie een beslissende rol speelde. Uiteindelijk liep het in het voordeel van wit uit.
In plaats van een zwarte dag werd het dus een witte. Van Wely was blij met het in zijn schoot gevallen puntje en mag morgen met zwart tegen een getergde Sokolov aantreden. “Als ik dat overleef ben ik al een heel eind”, zei de Tilburgse GM. De tweede derby is morgen Sadler–McShane. We zullen zien of de twee leiders er morgen een zwarte dag van gaan maken.
Peter Boel
Partijen (spellen) zijn onderaan de pagina na te spelen.
Very Strong and Very Nice
Na een geanimeerde inleiding door Henk Feitsma, voorzitter van de Stichting Het Heite Schaaktoernooi, heette wethouder Sport Sierd de Boer van Ooststellingwerf in zijn gemeentehuis te Oosterwolde de deelnemers, medewerkers en belangstellenden hartelijk welkom in De Stellingwerven. Hij uitte grote tevredenheid met het feit dat komend weekeinde 250 spelers zich zullen wijden aan een denksport “die creativiteit, concentratie en weerbaarheid bevordert.” De wethouder prees de organisatie die dit evenement al sinds 2006 met groot succes neerzet en sprak de hoop uit dat zij dat nog vele jaren blijven doen.
De zes deelnemers aan het Invitatietoernooi werden samen met zes schaakleerlingen van basisschool De Riemsloot in Appelscha aan het publiek gepresenteerd. De wethouder meldde met trots dat het goed mogelijk is dat De Stellingwerven op hun basisscholen de hoogste schaakdichtheid van Nederland hebben. “Wij hebben een eigen cultuur en een eigen spreektaal en maken ons met dit evenement positief zichtbaar tot ver buiten de regio. De hele internationale schaakwereld kijkt met ons mee.” Hij verzocht de organisatie om ook na de editie van 2012 “voorwaarts te gaan en het gas niet los te laten.”
Ed Eggink en Anne Houkema van de werkgroep schoolschaak vertelden iets over hun activiteiten. Eggink was die ochtend nog geïnterviewd door Omrop Fryslan voor een reportage die a.s. dinsdag te zien zal zijn, en permanent op www.check.nl. “Vijftig procent van alle basisscholen in De Stellingwerven doen mee aan het schoolschaaktoernooi”, meldde Eggink. “Dit jaar zijn er weer twee bij gekomen: de Tuindorpschool en de Mgr. Scholtenschool.” Houkema meldde dat er voor de toekomst nog aan manieren wordt gedacht om de betrokkenheid nog meer te vergroten; door de ouders sterker bij het evenement te betrekken en door prijzen uit te loven voor bijvoorbeeld het beste debuterende team. Scholen die deelnemen zijn automatisch ‘official partner’ van het Remco Heite toernooi.
Vervolgens overhandigde Luke McShane de cheque voor de aankoop van een paard die hij had ontvangen als winnaar van 2010, aan drie vertegenwoordigers van de instelling Olm en Es in Appelscha – de Engelsman sprak de naam bijna feilloos uit. Medewerkster Saskia gaat bij Olm en Es therapie met paarden geven, gebaseerd op lichaamstaal. Dat gaat beter met een paardenbak op het eigen terrein, en dat is waar het geld van McShane aan zal worden gespendeerd. Bewoonster Judith was dolblij met de prijs.
De loting werd verricht door de zes leerlingen van De Riemsloot. Voor de Open groep moest worden geloot welke kleur de op papier sterkste schaker zou krijgen in de groepen A en B. De beste schaker van De Riemsloot volgens zijn vriendjes, Winston Yang, trok zwart en dat was de kleur waarmee hij zelf het liefste speelt, “want dan kun je eerst verdedigen en daarna plotseling aanvallen.”
Onder leiding van Remco Heite zelf koos elke leerling vervolgens een stuk kaas, waaronder de naam van een van de deelnemers bevestigd was. Die mocht dan een speelgoedpaard uitkiezen dat het lotingsnummer verborg. Nina van der Veen trok Mathew Sadler, de Engelsman die al 13 jaar in Amersfoort woont, sinds kort weer met veel succes is begonnen met schaken en een mooi boek heeft geschreven, genaamd ‘Study Chess with Mathew Sadler’. Sadler was blij dat hij nummer 1 trok – “misschien is het wel de laatste keer dat ik op 1 sta.”
Joep Hoogendoorn koos Ivan Sokolov uit, de ex-Bosniër die sinds 1992 in Nederland woont, al tweemaal kampioen van ons land werd, veel toernooisuccessen heeft behaald, op de laatste Olympiade 6,5 uit 10 voor Nederland scoorde en drie mooie schaakboeken heeft geschreven. Sokolov trok nummer 5. “Wel een mooi paard, in ieder geval”, bromde hij.
Tessa Zwackhalen trok de in Letland geboren Duitser Daniel Fridman, die tweemaal kampioen van ons buurland werd en met het Duitse team vorig jaar het EK won. Fridman lootte nummer 4.
Sven Veldman pakte het stuk kaas waaronder de naam Sipke Ernst stond, de lokale held die zich in 2010 via het Open toernooi voor deze Invitatiegroep plaatste. Remco Heite sprak de verwachting uit dat Ernst de publiekslieveling zou worden, “omdat hij spectaculaire partijen speelt en een vechtjas is, maar in het dagelijks leven zo’n bescheiden en prettige persoonlijkheid is.”
Winston Yang trok de man die zesmaal Nederlands kampioen werd en bekend werd als KingLoek. “Hij heeft een reputatie van mooie vrouwen en snelle auto’s”, memoreerde Heite, “en nam vorig jaar een sabbatical om het met pokeren te proberen. We zijn blij dat hij terug is en voor de vierde achtereenvolgende maal aan ons toernooi meedoet.” Loek van Wely trok nummer 3.
Sam de Haan werd als laatste gekoppeld aan de eerdergenoemde Luke McShane, de sterkste speler van Engeland die er gewoon fulltime bijwerkt en dus geldt als ‘sterkste amateur ter wereld’. Dit jaar versloeg de talentvolle 28-jarige Engelsman de grootheden Aronian, Kramnik en Morozewitsj in één toernooi. “A very strong player and a very nice guy”, zei Heite. Voor McShane bleef nummer 2 over.
Terwijl de zes deelnemers zich mentaal al ingroeven voor het eerste duel van morgen nodigde Henk Feitsma iedereen uit om de drie toernooien waaruit het Heite-evenement bestaat, het schoolschaaktoernooi, het Invitatietoernooi en het Open toernooi, te komen bezoeken. En als de afstand tussen het Linde College (schoolschaaktoernooi) en het Van der Valk Hotel (de overige twee toernooien) te groot mocht lijken, kunt u altijd nog de speciale paardentram nemen die zaterdag heen en weer zal rijden.
Verslag: Peter Boel
Foto’s: Lenus van der Broek
Giri niet, Sokolov wel
Niet Anish Giri maar Ivan Sokolov neemt deel aan de vierde editie van het Remco Heite Schaaktoernooi. Giri heeft andere verplichtingen. Sokolov neemt zijn plaats van harte in. Naar eigen zeggen gaat hij voor de eerste prijs om voor zijn bijna elfjarige dochter Megan een pony mee naar huis te kunnen nemen. En dat kan natuurlijk, want het Heiteschaaktoernooi is het ‘toernooi met het paard’. De winnaar van het Invitatietoernooi ontvangt naast de eerste prijs een bonus waarmee hij desgewenst een heus paard aan kan schaffen.
Aan het Invitatietoernooi doen verder mee de uit Engeland afkomstige Luke Mc’Shane (winnaar van de vorige editie) en Matthew Sadler, de Duitser Daniel Fridman en de Nederlanders, Loek van Wely en Sipke Ernst. Ernst heeft zijn invitatie in 2010 verdiend door het Open Toernooi te winnen.
Het Invitatietoernooi 2012 begint op vrijdag 16 november om 16.00 uur met de eerste partij van het Invitatietoernooi.
Anish Giri en Luke Mc’Shane naar Wolvega
De Engelsman Luke Mc’Shane (39e op de wereldranglijst), Anish Giri (55e, nr twee op de wereldlanglijst van spelers onder twintig jaar) en Loek van Wely (67e) zijn de smaakmakers van het Invitatietoernooi 2012. Zij komen op uitnodiging van toernooindirecteur Geurt Gijssen andermaal naar Wolvega waar Mc’Shane zijn titel van 2010 zal verdedigen. De overige deelnemers van het uit zes grootmeesters bestaande gezelschap zijn de Duitser Daniel Fridman, de uit Engeland afkomstige Matthew Sadler en Sipke Ernst. De laatste won in 2010 het Open toernooi en verdiende zo de uitnodiging voor het Invitatietoernooi van dit jaar.
Het Invitatietoernooi wordt voor de vierde keer gehouden. Het tweejaarlijkse toernooi werd eerder gespeeld in 2006 (winnaar Loek van Wely), 2008 (winnaar Bartlomiej Macieja) en 2010 (winnaar Luke Mc’Shane).
Geplaatst 27 juni 2012
Verslagen samengesteld uit oorspronkelijke berichtgeving van het Remco Heite Schaaktoernooi.